Mariadistel (Silybum marianum) is een onkruid dat voorkomt in Noord-Afrika, Klein-Azië en Zuid-Europa. Mariadistel wordt zo genoemd omwille van de witte gloed op de bladeren. De traditionele geneeskunde gebruikt de zaden van mariadistel al meer dan 2.000 jaar om depressie, hoofdpijn, spijsverterings- en leverklachten te behandelen en borstvoeding te bevorderen (1, 2). Voedingssupplementen met Mariadistel worden aangemaakt uit de zaden van de plant (3).
De belangrijkste effecten van mariadistel zouden voortkomen uit de aanwezigheid van flavonolignanen (silymarine), zoals silybine, isosylibine en andere verwante moleculen (4-6). Flavonolignanen (silymarine) zijn bekend om hun antioxidatieve en ontstekingsremmende effecten. Voedingssupplementen met mariadistel worden wel eens gebruikt omwille van een mogelijke bescherming van de lever tegen giftige (toxische) stoffen (3). Verder worden ze ook wel eens gebruikt bij:
Er zijn enkele studies die het nut van mariadistel bij de behandeling van kanker en bij nevenwerkingen van kankerbehandelingen nagingen. Die studies werden recent samengevat in een literatuuroverzicht (7).
Er zijn aanwijzingen uit dierenstudies en labostudies dat mariadistel de ontwikkeling van tumoren zou kunnen afremmen en de chemotherapeutische werking zou kunnen versterken (8-15).
Die resultaten zijn nog niet bevestigd bij mensen. Er is meer onderzoek nodig voor we hier conclusies kunnen trekken.
Mariadistel zou volgens enkele kleine verkennende studies een verzachtend effect kunnen hebben op nevenwerkingen van kankerbehandelingen als gevolg van chemotherapie.
De meeste van deze bovenstaande studies zijn kleine studies met lage kwaliteit. Beschermende effecten zijn mogelijk, maar voor we hier conclusies kunnen trekken, moet dit eerst verder onderzocht worden in grote, goed opgezette studies.
Tot op heden zijn er geen goed opgezette studies die de toepassing van mariadistel bij het voorkomen van kanker nagaan.
Mariadistel wordt over het algemeen erkend als veilig en supplementen met mariadistel worden in het algemeen goed verdragen (4, 32). In zeldzame gevallen kunnen hoofdpijn, duizeligheid of maag-darmklachten optreden (4, 33). Hoge dosissen mariadistel zouden leverenzymen kunnen verhogen (34). Dat werd aangegeven door slechts één studie.
Labostudies geven aan dat mariadistel de werking van cytochroom P450 zou kunnen beïnvloeden. Theoretisch gezien zou het dus ook de werking van geneesmiddelen die door dat enzym worden omgezet in de stofwisseling kunnen beïnvloeden. Deze effecten konden nog niet worden bevestigd in studies met patiënten (35, 36).