Prostaatkanker ontstaat wanneer abnormale cellen zich ongecontroleerd vermenigvuldigen en zich opeenstapelen tot een tumor.
In de meeste gevallen ontwikkelt prostaatkanker zich langzaam. Het duurt doorgaans ongeveer tien jaar alvorens symptomen merkbaar zijn. Soms kan prostaatkanker echter sneller evolueren.
Kankercellen kunnen organen binnendringen die in direct contact staan met de prostaat, zoals de zaadblaasjes, de urineblaas of het rectum, het uiteinde van de dikke darm voor de aars. Als kankercellen uit de prostaat ontsnappen, kunnen ze ook lymfeklieren, botten of – zeldzamer – organen als de lever en longen koloniseren. Hierbij ontstaan secundaire tumoren die metastasen worden genoemd. Omdat de kankercellen uit de prostaat komen, moeten deze uitzaaiingen op dezelfde manier worden behandeld als prostaatkanker.
Meer weten:
De voornaamste risicofactor is leeftijd. Hoe ouder je wordt, hoe groter het risico is dat je prostaatkanker krijgt.
Andere vastgestelde of vermoedelijke risicofactoren zijn de familiegeschiedenis, etnische afkomst, voeding en blootstelling aan bepaalde chemicaliën. Voor laatstgenoemde risicofactor is er voorlopig geen overtuigend bewijs.
De voornaamste risicofactoren met betrekking tot prostaatkanker, namelijk leeftijd, familiegeschiedenis en etnische afkomst, kunnen niet onder controle worden gehouden.
Maar er zijn wel gevalideerde preventiemaatregelen die het risico op prostaatkanker kunnen verlagen.
Bij de blootstelling aan pesticiden, cadmium en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) op de werkplek is het aanbevolen om de nodige beschermende maatregelen in acht te nemen bij het gebruik van deze producten.
Ter preventie van kanker in het algemeen is het raadzaam om gezonde en evenwichtige leefstijlgewoonten aan te nemen:
Alleen mannen, die een verhoogd risico lopen wegens meerdere gevallen van prostaatkanker bij naaste familieleden – een vader, een broer of zoon, een oom van vaderszijde – zullen het advies krijgen om zich systematisch te laten screenen op prostaatkanker.
Voor alle anderen is het vanaf 50 jaar aangewezen om samen met hun arts de mogelijke voor- en nadelen van een screening op prostaatkanker te beoordelen en de voordelen ervan af te wegen tegen de nadelen.
De vooruitgang inzake de techniek om prostaatkanker te detecteren en wat betreft de karakterisering ervan, met name de meer betrouwbare voorspelling van de mogelijke evolutie van minder bedreigende prostaatkankers, zal de komende jaren wellicht leiden tot veranderingen in de diagnosepraktijk bij de screening van deze kanker.
Prostaatkanker gaat niet met specifieke symptomen of afwijkingen gepaard.
Meestal blijft de ziekte jarenlang onopgemerkt.
De tumor moet een bepaald volume hebben bereikt om zich te manifesteren, voornamelijk door de compressie van de urinewegen, meer bepaald van de plasbuis.
Diverse symptomen kunnen dan optreden:
Dergelijke problemen komen vaak voor bij oudere mannen. Vaak zijn ze het gevolg van een prostaatadenoom of goedaardige prostaatvergroting, die geen verband houdt met prostaatkanker en er evenmin een risicofactor voor vormt. Als je een of meer van deze symptomen opmerkt, raadpleeg dan je arts.
Wanneer de kankercellen al dan niet omliggende organen binnendringen, kunnen andere symptomen optreden:
Prostaatkanker wordt niet systematisch gescreend bij de algemene bevolking.
Zijn er afwijkingen of symptomen, dan kan je arts diagnostische tests voorschrijven, bijvoorbeeld een bloedonderzoek of medische beeldvorming.
Als deze onderzoeken de aanwezigheid van kanker bevestigen, volgt een aanvullend onderzoek om de exacte aard en omvang van de ziekte te bepalen. Deze informatie is essentieel om voor de
Meer weten over de diagnostische tests met betrekking tot prostaatkanker:
Een gespecialiseerd multidisciplinair medisch team bepaalt voor elke patiënt welke de best mogelijke behandeling is. De keuze hiervan hangt af van het kankertype en het stadium waarin de ziekte zich bevindt, maar ook van de algemene gezondheidstoestand van de patiënt en, voor zover mogelijk, van zijn of haar voorkeur.
Voor elke prostaatkanker zijn verschillende behandelwijzen mogelijk. De keuze zal worden gemaakt op basis van de voorkeuren van de patiënt. Om in staat te zijn deze beslissing oordeelkundig te nemen worden eerst de mogelijke voor- en nadelen van elke strategie door het zorgteam aan de patiënt uitgelegd, de risico’s van nevenwerkingen op de korte en lange termijn inbegrepen.
Wanneer, bijvoorbeeld, bij een bejaarde patiënt een kleine, asymptomatische en licht agressieve prostaatkanker wordt vastgesteld, is het soms de beste oplossing om deze kanker niet te behandelen. Elke behandeling kan immers gepaard gaan met nevenwerkingen die de levenskwaliteit van de patiënt dreigen te verminderen, terwijl het mogelijk is dat prostaatkanker tijdens het leven van de patiënt geen klachten zal veroorzaken.
Prostaatkanker wordt overigens alleen behandeld als er symptomen optreden.
Actieve monitoring
In het geval van een licht agressieve prostaatkanker bij een patiënt die oud genoeg is om een curatieve behandeling te krijgen (zie hieronder), kan worden besloten om actieve monitoring toe te passen.
Actieve monitoring houdt regelmatige consultaties bij de uroloog in. Hierbij wordt de evolutie van het PSA-gehalte in het bloed geëvalueerd, het volume van de tumor met behulp van echografie bekeken en een rectaal onderzoek uitgevoerd om eventuele veranderingen in de prostaat op te sporen. Zo kan de uroloog controleren of de prostaatkanker al dan niet stabiel blijft. Als wordt vastgesteld dat de kanker erger wordt, dan kan een curatieve behandeling worden toegepast.
De voornaamste curatieve behandelingen:
De bedoeling van deze behandelingen is de kanker permanent te genezen.
Een chirurgische ingreep of radiotherapie kan met adjuvante of aanvullende hormonale therapie worden gecombineerd.
In bepaalde gevallen kunnen lokale behandelingen met behulp van echografie of cryotherapie worden overwogen.
De belangrijkste palliatieve behandeling voor prostaatkanker is hormoontherapie. De bedoeling ervan bestaat erin de evolutie van de kanker aanzienlijk te vertragen en de klachten van de patiënt te verlichten.
Palliatieve chemotherapie is in sommige gevallen ook een optie.
Meer informatie over behandelingen van prostaatkanker
Tijdens alle stadia van de behandeling en bij het streven naar een blijvend herstel staat de levenskwaliteit van de patiënt op de lange termijn voorop.
Dat geldt ook op de korte en middellange termijn zodra de ziekte chronisch wordt. In het stadium van de palliatieve zorg, wanneer de ziekte niet meer onder controle te krijgen is, heeft levenskwaliteit absolute prioriteit.
In al deze gevallen zet het medisch team al zijn knowhow in om de levenskwaliteit zo goed mogelijk te bewaken.
Het doel van elke behandeling is om kankercellen te vernietigen. Helaas kunnen hierbij ook gezonde cellen worden beschadigd en bijwerkingen worden veroorzaakt. Deze bijwerkingen kunnen sterk van elkaar verschillen, afhankelijk van de behandeling en de patiënt.
In elk geval is het aangeraden om je arts te vragen aan welke nevenwerkingen je je kan verwachten en waar je op moet letten.
Alle behandelingen voor prostaatkanker zullen meestal nevenwerkingen op de korte of lange termijn veroorzaken. Deze nevenwerkingen kunnen al dan niet langdurig en onaangenaam zijn.
De meest voorkomende nevenwerkingen:
Deze nevenwerkingen kunnen van voorbijgaande aard of permanent zijn. Zo is het mogelijk incontinentie geleidelijk te verhelpen door een behandeling met medicatie of fysiotherapie. In bepaalde gevallen van resistente incontinentie kan een kunstmatige sluitspier worden ingebracht. Hierbij gaat het om de AdVance Male Sling, een band die de plasbuis ondersteunt.
Bij erectiestoornissen is de behandeling met medicatie mogelijk, maar kan ook een penisimplantaat worden overwogen.
Meer weten over mogelijke nevenwerkingen.
De oncologisch zorgcoördinator is een verpleegkundige, gespecialiseerd in kanker, die zorgt voor de praktische uitvoering van de door het multidisciplinair team voorgeschreven behandeling en die de patiënt de hele duur van zijn of haar zorgtraject in het ziekenhuis begeleidt.
Tijdens je behandeling is de oncologisch zorgcoördinator je belangrijkste aanspreekpunt. Hij of zij maakt integraal deel uit van je zorgteam, woont al je consultaties bij en coördineert al je afspraken. Je zorgcoördinator is makkelijk bereikbaar, telefonisch of via e-mail, om je vragen te beantwoorden.
Na de behandeling is het van belang dat je gezondheidstoestand wordt opgevolgd. Je krijgt een persoonlijk schema van consultaties en aanvullende onderzoeken (bloedonderzoek, beeldvorming…). Die gebeuren in het begin op regelmatige basis, maar vervolgens geleidelijk minder frequent. Als er tussen twee controles nieuwe aandoeningen of symptomen optreden, is het aangeraden zo snel mogelijk je arts op de hoogte te brengen.
Remissie betekent een vermindering of volledige verdwijning van tekens die wijzen op de aanwezigheid van kanker. Als alle symptomen zijn verdwenen, is er sprake van volledige remissie. Dat betekent niet noodzakelijk dat de aandoening volledig en permanent voorbij is. Mogelijk hebben sommige kankercellen het overleefd en zijn ze te klein om te worden gedetecteerd. Maar ze kunnen wel het begin zijn van een toekomstige herval. Pas als er nog een extra periode is overbrugd, waarbij medische onderzoeken geen enkele afwijking of kankercel meer kunnen detecteren, is er sprake van genezing. De duur van deze periode hangt af van het kankertype.
Gemiddeld duurt het vijf jaar voor een kankerpatiënt die geen behandeling meer nodig heeft, genezen wordt verklaard. Maar voor sommige kankertypes kan dat al vroeger gebeuren, terwijl er in zeldzame gevallen na vijf jaar toch nog herval mogelijk is. De algemene regel is dat hoe langer een remissie duurt, hoe groter de kans wordt op blijvende genezing.
Prostaatkanker is de 1e meest voorkomende kanker in België .
In 2021, zijn 1495 personen overleden ten gevolge van deze kanker in België.
Deze cijfers zijn gemiddelden. De individuele prognose hangt af van het stadium waarin de ziekte zich bevindt bij diagnose.