Naar schatting 20 à 30% van de alvleesklierkankers houdt verband met roken. Vergeleken met rokers hebben mensen die nooit hebben gerookt, 50% minder kans om alvleesklierkanker te krijgen. Ook het roken van sigaren en pijp of het gebruik van rookloze tabaksproducten verhoogt het risico op alvleesklierkanker. Dat risico vermindert zodra een roker ophoudt met roken, en is na 10 à 15 jaar gelijk aan dat van een niet-roker.
Mensen met overgewicht – BMI of ‘body mass index’ bedraagt meer dan 25 – hebben een verhoogd risico op alvleesklierkanker. Tot de oorzaken van overgewicht behoort een voedingspatroon met veel verzadigde vetten en dierlijke eiwitten, gecombineerd met vaak en langdurig zitten. Die levensstijl zou verband kunnen houden met alvleesklierkanker.
Bij diabetici wordt vaker dan gemiddeld alvleesklierkanker vastgesteld. Hierbij kan obesitas een rol spelen. Dat is immers een risicofactor met betrekking tot zowel alvleesklierkanker als diabetes.
Mensen met een chronische of herhaalde ontsteking van de alvleesklier, vooral ten gevolge van alcoholmisbruik, lopen een groter risico op pancreaskanker.
In sommige families lijkt alvleesklierkanker vaker voor te komen dan in andere, zonder dat er een genetische mutatie is geïdentificeerd. Misschien is zulks te wijten aan bepaald gedrag dat van generatie op generatie wordt overgenomen, zoals onder andere roken en overmatige consumptie van rood of bewerkt vlees.
Ongeveer 10% van de pancreaskankers worden geassocieerd met erfelijkheid.
Hierbij kan er sprake zijn van bepaalde genetische mutaties:
Ook mensen met erfelijke ziekten, zoals Peutz-Jeghers syndroom en erfelijke pancreatitis, lopen een hoger risico op alvleesklierkanker
Als je arts vermoedt dat er bij jou sprake is van genetische aanleg voor alvleesklierkanker, zal hij je doorverwijzen naar een onco-geneticus, die gespecialiseerd is in de combinatie van kanker, genen en erfelijkheid. Via bloedonderzoek gaat de specialist op zoek naar genetische mutaties.
In dergelijke gevallen kan screening op alvleesklierkanker worden overwogen.
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat overmatige consumptie van rood vlees, bewerkt vlees zoals gehakt en charcuterie, en alcohol het risico op alvleesklierkanker verhogen.
Meer informatie over gezonde voeding.
Zoals bij de meeste kankertypes neemt het risico op alvleesklierkanker toe met de leeftijd. De diagnose wordt gemiddeld op 70-jarige leeftijd gesteld.
Meer informatie over het verband tussen leeftijd en kanker.
Studies brachten aan het licht dat langdurige blootstelling – van minimaal 10 jaar – aan bepaalde chemicaliën op de werkplek het risico op alvleesklierkanker kan verhogen.
Volgende producten houden een risico in: