Tabak is de belangrijkste risicofactor wat betreft hoofd- en nekkanker (85% van de gevallen).
Alle manieren om tabak te consumeren, zoals roken, inhaleren van snuiftabak of kauwen van pruimtabak, verhogen het risico op mond- en orofaryngeale kanker. Mensen die snuiven of pruimen, hebben 50% meer kans om kanker aan de wangen, het tandvlees en de binnenkant van de lippen te krijgen.
Niet-rokers die vaak worden blootgesteld aan tabaksrook in hun omgeving, lopen meer risico op kanker in mond- en keelholte. Het effect van passief roken is groter bij jonge mensen, bijvoorbeeld bij kinderen van rokende ouders.
Frequente en buitenmatige alcoholconsumptie kan mond- en orofaryngeale kanker in de hand werken. Alcoholmisbruik, gecombineerd met veel roken, heeft een 30 keer groter risico tot gevolg dan bij geheelonthouders.
Mensen die chronisch geïnfecteerd zijn met bepaalde stammen van het humaan papillomavirus hebben meer kans om orofaryngeale kanker te krijgen. Het gaat voornamelijk om kankers van de amandelen of de basis van de tong, en ze treffen vaker jonge mensen. Geslachtsverkeer, orale seks inbegrepen, met iemand met een HPV-besmetting, is de meest voorkomende manier om een infectie met het virus op te lopen.
Langdurige blootstelling aan de zon, zonder bescherming, verhoogt het risico op kanker aan de lippen.
Mannen lopen tweemaal zoveel risico op mondholte- en orofaryngeale kanker dan vrouwen.
Hoewel mondholte- en orofaryngeale kanker op elke leeftijd kan voorkomen, verhoogt de kans erop na je 45ste.
Slechte mondhygiëne en het gebrek aan tandheelkundige zorg verhogen het risico op mondholtekanker, vooral bij mensen die alcohol en tabak gebruiken. Regelmatige controle door een tandarts kan helpen om deze kanker vroegtijdig op te sporen.
Een dieet met weinig fruit en groente en een tekort aan vitamine A kunnen het risico op mondholte- en orofaryngeale kanker verhogen.
Uit recente studies blijkt dat het gebruik van cannabis mondholte- en orofaryngeale kanker in de hand kan werken.