Chirurgie, meer bepaald excisie of het verwijderen van een huidafwijking, is de belangrijkste behandeling voor een merkelcelcarcinoom (MCC). Als de kanker zich niet heeft verspreid, kan deze behandeling voldoende zijn om de patiënt te genezen. Tijdens de ingreep verwijdert de chirurg de hele tumor, meestal onder lokale verdoving.
Soms is het noodzakelijk een groter huidoppervlak te verwijderen om de tumor volledig te elimineren. In dat geval kan nadien een huidtransplantatie of -reconstructie nodig zijn.
Na de operatie worden de verwijderde weefsels naar het laboratorium gestuurd, waar ze worden getest en onder de microscoop worden onderzocht. Het doel is ervoor te zorgen dat er geen kankercellen aan de randen van de verwijderde huid aanwezig zijn, want in dat geval is een tweede ingreep vereist om het excisiegebied uit te breiden.
MCC verspreidt zich vaak naar de nabijgelegen lymfeklieren. Als er kankercellen worden gedetecteerd tijdens de schildwachtklierbiopsie, worden de nabijgelegen lymfeklieren ook verwijderd en vervolgens geanalyseerd.
In bepaalde gevallen kan radiotherapie nodig zijn om een merkelcelcarcinoom (MCC) aan te pakken. Deze behandeling kan op verschillende manieren worden ingezet, afhankelijk van de specifieke gezondheidstoestand van de patiënt en het stadium van de ziekte:
In sommige gevallen kan chemotherapie worden voorgeschreven. Deze behandeling is vooral aangewezen als een merkelcelcarcinoom (MCC) zich heeft verspreid naar andere organen. Men spreekt dan van metastasen.
Immuuntherapie draagt bij tot het verbeteren van de capaciteit van het immuunsysteem om kanker te bestrijden. Bij een merkelcelcarcinoom (MCC) kan deze behandeling worden toegepast in gevorderde stadia van de ziekte, met name in het geval van uitzaaiingen of metastasen.