Leer meer over de risicofactoren van botkanker en ontdek hoe je deze risico’s op botkanker kan verminderen.
Blootstelling aan ioniserende straling verhoogt het risico op botkanker. Hoe jonger je bent als dit je overkomt, hoe hoger het risico.
Ioniserende straling kan verschillende oorzaken hebben:
Hieronder zijn er andere risicofactoren van botkanker:
Kinderen met retinoblastoom of netvlieskanker hebben een grotere kans om botkanker te krijgen.
Andere zeldzame genetische ziekten verhogen ook het risico op botkanker, zoals het Li-Fraumeni syndroom, syndroom van Werner, syndroom van Rothmund-Thomson, syndroom van Bloom en hereditaire multipele exostosen.
Bepaalde medicijnen die bij chemotherapie worden gebruikt om kanker te behandelen – in het bijzonder alkylerende middelen en anthracyclines – kunnen het risico op het ontwikkelen van een secundaire kanker verhogen. In zeldzame gevallen leidt dit tot een osteosarcoom, een kwaadaardige bottumor die meestal jaren na de behandeling ontstaat. Het risico is afhankelijk van de dosis, de duur van de behandeling en de combinatie met andere therapieën zoals radiotherapie. Regelmatige medische opvolging is daarom essentieel om eventuele laattijdige effecten tijdig op te sporen.
Nu weet jij meer over de risicofactoren van botkanker en het belang van langdurige opvolging.
Professionele medewerkers beantwoorden je vragen
